Tussenkomst werkgever in treinkosten - CAO nr. 19/11 van 08.04.2024
Terug Naar Werk-fonds - KB 28.03.2024, BS 02.04.2024
Bescherming WN die vruchtbaarheidsbehandeling of programma voor medisch begeleide voortplanting volgt - W 24.03.2024, BS 18.04.2024
Programma’s voor de preventie van lage rugpijn en van burn-out - KB 06.03.2024, BS 15.04.2024
Brussels Wetboek inzake de gelijkheid, de non-discriminatie en de bevordering van diversiteit - Gezamenlijk decr. 04.04.2024, BS 19.04.2024
RSZ-behandeling prijzengeld betaalde sportbeoefenaars - KB 09.04.2024, BS 19.04.2024
Arbeidsongeschiktheid tijdens progressieve werkhervatting - W 14.04.2024, BS 19.04.2024
Cumul ziekte-uitkeringen en vakantiegeld - W 14.04.2024, BS 19.04.2024
Flexi-jobs - KB 18.04.2024, BS 25.04.2024
Bijdrage van de maand: "Het nieuwe Terug Naar Werk-fonds na beëindiging wegens medische overmacht"
Vanaf 1 april 2024 moet een werkgever die zich beroept op medische overmacht om de arbeidsovereenkomst van één van zijn werknemers te beëindigen een bijdrage van 1.800 euro betalen aan het Terug Naar Werk-fonds beheerd door het RIZIV. Deze verplichting vervangt de bijzondere regeling van outplacement, op basis waarvan de werkgever die zich beriep op medische overmacht aan de werknemer een outplacementbegeleiding ter waarde van 1.800 euro moest aanbieden.
Indien een werknemer meer dan negen maanden ononderbroken arbeidsongeschikt is en wanneer deze werknemer zich niet in een re-integratietraject met de preventieadviseur-arbeidsarts bevindt, kan de werkgever de procedure medische overmacht opstarten met het oog op de beëindiging van deze arbeidsovereenkomst.
Indien de werkgever deze procedure wenst op te starten, dient hij de werknemer alsook zijn preventieadviseur-arbeidsarts bij aangetekende zending in kennis te stellen van de intentie om na te gaan of het voor de werknemer definitief onmogelijk is om het overeengekomen werk te verrichten.
De arbeidsovereenkomst kan pas wegens medische overmacht worden beëindigd indien uit dit onderzoek blijkt (hetzij uit de vaststelling door de preventieadviseur-arbeidsarts zelf, hetzij uit het resultaat van de beroepsprocedure) dat het voor de werknemer definitief onmogelijk is om het overeengekomen werk te verrichten en:
- de werknemer niet heeft gevraagd de mogelijkheden voor aangepast of ander werk te onderzoeken; of
- de werknemer wél heeft gevraagd om de mogelijkheden voor aangepast of ander werk te onderzoeken maar de werkgever geen aangepast of ander werk kan aanbieden; of
- de werknemer wél heeft gevraagd om de mogelijkheden voor aangepast of ander werk te onderzoeken en de werknemer het door de werkgever aangeboden aangepast of ander werk heeft geweigerd.
Een schematisch overzicht van de bijzondere procedure medische overmacht, vindt u op de website van de FOD WASO.
Tot voor kort moest de werkgever die zich beriep op medische overmacht aan de werknemer een outplacementbegeleiding ter waarde van 1.800 euro aanbieden. Deze bijzondere regeling van outplacement werd opgeheven vanaf 1 april 2024.
Sinds 1 april 2024 dienen werkgevers die zich beroepen op medische overmacht om de arbeidsovereenkomst van een werknemer te beëindigen een bijdrage van 1.800 euro te betalen aan het “Terug Naar Werk-fonds” beheerd door het RIZIV.
De werknemer zal vervolgens, in zijn hoedanigheid van arbeidsongeschikt erkende gerechtigde, een beroep kunnen doen op een tussenkomst van het Terug Naar Werk-fonds om gespecialiseerde dienstverlening op maat in te kopen (zoals onder andere loopbaanbegeleiding of gepersonaliseerde coaching) bij een erkende dienstverlener met het oog op zijn sociaalprofessionele re-integratie.
Deze gespecialiseerde dienstverlening op maat beoogt de sociaalprofessionele re-integratie van de arbeidsongeschikt erkende gerechtigde die niet meer tewerkgesteld is of niet meer tewerkgesteld kan worden door zijn werkgever, door hem te begeleiden naar een functie bij een andere werkgever of in een andere bedrijfstak. Deze dienstverlening moet begeleidingssessies omvatten die fysiek of online kunnen worden gehouden en op een individuele wijze of in groep kunnen worden georganiseerd.
Op dit ogenblik kan enkel de werknemer wiens arbeidsovereenkomst beëindigd is op grond van medische overmacht (en die conform de Ziektewet erkend is als zijnde arbeidsongeschikt) aanspraak maken op een tussenkomst van het Terug Naar Werk-fonds. Vanaf 1 april 2025 is het financieringssysteem ook van toepassing op wie langer dan 1 jaar arbeidsongeschikt is erkend.
Concreet dient de werkgever die zich beroept op medische overmacht binnen een termijn van 45 kalenderdagen na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst:
- het RIZIV in kennis te stellen van een aantal identificatiegegevens van zowel de werkgever als de betrokken werknemer;
- de bijdrage van 1.800 euro te betalen aan het Terug Naar Werk-fonds.
De werkgever zal deze kennisgeving door middel van een elektronisch (of papieren) formulier kunnen verrichten en zal vervolgens een uitnodiging tot betaling ontvangen van het Terug Naar Werk-fonds. Verdere informatie over de wijze van deze kennisgeving en betaling, evenals over het Terug Naar Werk-fonds in het algemeen, kan bekomen worden op de website van het RIZIV.
Belangrijk om te vermelden is dat de notificatieplicht aan het RIZIV en de verplichting tot het betalen van de bijdrage aan het Terug Naar Werk-fonds, enkel geldt wanneer de arbeidsovereenkomst door de werkgever is beëindigd op grond van medische overmacht. De bijdrage is dus niet verschuldigd:
- wanneer de werknemer zich beroept op medische overmacht om de arbeidsovereenkomst te beëindigen,
- noch wanneer de arbeidsovereenkomst in onderling overleg wordt beëindigd.
In het Sociaal Strafwetboek werd een sanctie (niveau 2) ingeschreven voor de werkgever, zijn aangestelde of zijn lasthebber die:
- de voorgeschreven identificatiegegevens niet, of niet binnen de voorziene termijnen en nadere regels, aan het RIZIV heeft meegedeeld;
- het bedrag van 1.800 euro niet, of niet volgens de voorziene nadere regels, heeft betaald aan het Terug Naar Werk-fonds.
Volledigheidshalve dient nog te worden aangestipt dat het Terug Naar Werk-fonds onderscheiden moet worden van het Terug Naar Werk-traject dat werd ingevoerd bij de Wet van 12 december 2021 tot invoering van het “Terug Naar Werk-traject” onder de coördinatie van de “Terug Naar Werk-coördinator” in de uitkeringsverzekering voor werknemers. Het Terug Naar Werk-traject wordt opgestart op initiatief van de adviserend arts van het ziekenfonds of op initiatief van de arbeidsongeschikt erkende gerechtigde zelf en heeft tot doel een arbeidsongeschikt erkende gerechtigde te begeleiden in zijn terugkeer naar de arbeidsmarkt.
Beide mechanismen hebben wel hetzelfde doel: de sociaalprofessionele re-integratie van de arbeidsongeschikte gerechtigden.
Wettelijke bepalingen m.b.t. het Terug Naar Werk-fonds:
- art. 110/2 Gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen
- art. 245quinquiesdecies – 245unvicies KB van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
- art. 10 en 10/1 Wet van 5 september 2001 tot verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers